david – (de) (m) [1988] leest het woordenboek om de zin van het leven te vinden [dãwīdh, betekenis onduidelijk, misschien ‘geliefde’ of ‘oom van vaders kant’] (bijb.), de herdersknaap die Goliath doodde met een steenworp en later koning van het Israëlistische volk werd

De zon schijnt sinds achtereergisteren en Trump vaart op de Acheron (8)

De Dikke Van Dale heeft de afgelopen dagen in het gras van verschillende Utrechtse parken gelegen. Ik lag ernaast. Of erop. Het woordenboek deed vaak dienst als kussen. En het ligt prima, met zoveel woorden onder je hoofd.

Blz. 56 t/m 64

27 mei, 30 graden. Julianapark. Vliegtuigen trekken witte strepen op een strak blauw doek. Ver weg van de Acheron. De rivier van leed in de Griekse mythologie. Een van de vijf rivieren uit de onderwereld van Hades.

Als je de hele dag op je rug ligt, dan bestaat die onderwereld niet. Ik wil blijven liggen tot ik word opgeslokt door groeiend gras. Onder een boom die onbeweeglijk schilderijen van licht tekent.

Afvallen in het park

Ik kan me niet herinneren dat ik het afgelopen jaar zoveel omhoog heb gekeken. Het is alweer achtereergisteren (dat is een bestaand woord, ja) dat er sterren verschenen boven het Griftpark. Een pubermeisje zit er op een muurtje, haar magere beentjes hangen erbij alsof ze bij elke beweging kunnen breken. Waarschijnlijk hoopt ze dat ze er ooit afvallen.

Ze trekt aan een elektrische sigaret. Tevreden? Gelukkig? Vast niet, maar wat je schrijft, bestaat. Daarom schrijf ik dat ze gelukkig is. Ik hoop het. Zie het als een alternatieve waarheid.

Handen schudden met Trump

Daarover gesproken. In de parken keek ik graag naar filmpjes van de Amerikaanse president. Een president die zich naar voren vecht en armen uit de kom trekt bij het schudden van handen.

Wapendeal gesloten, Noord-Korea schiet nog een raket de zee in en er gaan ergens doden vallen omdat je ook niet drieduizend verse vissen koopt, om ze vervolgens weg te laten rotten in je eigen huis.

Vaartochtjes op de Acheron

Sinds een paar dagen ken ik de Acheron, een van de vijf rivieren uit de onderwereld. Het water van de Acheron is zwart, bitter en smerig, net als het water van de Styx. Een oliestroom van ellende (dat hadden de Grieken goed gezien). De president vaart er graag met een luxe jacht. Hij zal ‘op de gruwelvloed van dodelijke haat’ (John Milton) aan vele handen op andere miljoenenschuiten trekken. Allemaal spelers van een schimmig spel, in stroomversnellingen met een enkele bestemming.

Sterren knijpen

Ik lig onder de sterren. Ook een soort toneel. Alles, eigenlijk. Als de wereld voor het grijpen ligt, waarom zou je dan gaan staan. Een toneelstuk kijk je vanuit een stoel, maar ideeën ontstaan en spelen in de lucht.

Hoog, daar staan de sterren. Ik steek mijn arm uit en zou er zo een kunnen pakken. Als ik mijn wijsvinger op mijn duim druk, dan bestaat de ster niet meer. Je knijpt hem er zo tussenuit. Even het besef, van de achtergrond van het leven, van een kosmische aarde (G. van der Leeuw).

Naar boven kijken. Ik doe het al een paar dagen. En het werkt. Daar zijn de dromen. Van magere meisjes die gelukkig worden. Van Trump die een staatshoofd ontmoet met een prothetische rechterarm.

Hij begrijpt het

 

 

© david 1988