Onderzoeksopzet met Esarhaddon & Parminedes (9)

Het is tijd voor gas op de linkerbaan van de scriptiesnelweg. Ik zit al te lang op een hobbelpaard in het gat in de weg. Dus.

Ik presenteer hierbij mijn onderzoeksopzet.

Esarhaddon

Met Esarhaddon, de Assyrische koning, in de hoofdrol. Hij vertolkt een geschiedenisdocent die met liefde zijn vak uitvoerde op een hogeschool, aan lager wal raakte als gevolg van de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties. Hij zal nimmer op een hobbelig paard zitten, maar op een galopperende hengst met gouden manen. Niet opgeven. Dat is zijn devies. Heb je ooit een Assyrische koning horen zeggen dat hij er klaar mee is omdat de opdracht hem niet aanstaat? Precies.

Esar zit rechtop. Op een paard met een vacht als de zwarte haren van een Oosterse prinses (alleen dan wel met een kort pittig kapsel). Hij draagt geen helm, maar een hoed vol diamanten van overwinningen.

Zijn schedel zou het blad van een bijl verwringen tot een zielig knopje staal. De geschrokken barbaar zou vluchten met een soort manchetknoop op een stok. Esar heeft een woeste grijze baard, draagt een zilveren gewaad, als een gewapend filosoof. Zie je hem al voor je? Geen volk meer, geen werk, maar zelfstandig, doortastend, moedig en trots.

Oké, een koning uit de oudheid gaat je helpen met je scriptie. Hoe dan?

Esarhaddon gaat me helpen een scriptie te schrijven. Hij trekt me uit het gat in de weg. Als iets je niet lukt, doe het dan op een andere manier. Cliché Engelse quote haalt me in.

When nothing goes right, go left.

Vanwaar deze positieve omslag (of afslag)?

Ik weet niet of mijn scriptie uiteindelijk volgens de normen met een voldoende zal worden beoordeeld, maar ik ga het proberen. “Waarom zou je het jezelf nóg moeilijker maken, als je het al zo moeilijk hebt met die scriptie?”, vroeg iemand me dit weekend. Maar ik kan de opdracht ook niet maken zoals dat wordt gevraagd. Dan kun je nu wel zeggen: doe dat nou maar gewoon, maar dan doe ik dus niets. Als je me niet gelooft, dan stuur ik je graag twee jaar terug in de tijd.

Ja, het is een beetje destructief gedrag, beaamde ik. Een soort statement maken tegen mijn onvermogen. Ik zou die persoonlijke vendetta nou niet in je scriptie leggen, adviseerde hij. Daar had hij gelijk. “Neem gewoon België voor die beleidsvergelijking en niet een land met een onbegrijpelijke taal. Houd het simpel.”

Over mijn tirade over het waarom van een beleidsvergelijking, zei mijn zusje ongeveer het volgende: ja, het is best logisch dat docenten van je vragen het probleem van buiten de Nederlandse grenzen te benaderen. Zo kun je het beter duiden.

Ze vragen niet van me om een ticket naar Ijsland te boeken en daar veldonderzoek te doen. Mijn zusje is overigens niet alleen maar van de verantwoorde adviezen, want ze schreef ook:  ‘Misschien kun je al je blogs uitprinten, aan elkaar nieten en er “scriptie” met marker op schrijven.’

En bij dat idee kwam Esarhaddon breed lachend op zijn noeste paard voorbij galopperen. Op de Uithof, waar nooit iets gebeurd, stond hij daar opeens voor mijn raam. Hij zwaaide, met een van zijn enorme handen. “Ik hoop dat ik weer aan het werk kom, zet hem op!” riep hij, zoals alleen een Zelfstandige Assyrische koning Zonder Personeel (en werk) dat kan doen. Hij maakte een buiging, spoorde zijn paard aan en verdween. Ik hoorde zijn oorbellen in de verte rinkelen als vrolijke windorgels.

Nu komt Esar natuurlijk niet uit de lucht vallen. Ik wilde meedoen aan een schrijfwedstrijd met het thema ‘alles van waarde is weerloos’, naar het beroemde gedicht van Lucebert. Een bijzonder filosofisch gedicht dat mogelijk verwijst naar het gedachtegoed van de relatief onbekende wijsgeer Parminedes. Ik zeg relatief, want er zal vast wel ergens een obscuur enthousiaste Parminedesfanclub bestaan. Parminedes stond een beetje in de schaduw van Aristoteles en Plato (of in de grot van laatstgenoemde).

Maar na Esar, kan zelfs Parminedes misschien helpen. Ik zal nu de losse draadjes aan elkaar knopen.

De rode draad van mijn scriptie

Ik worstel al een paar weken met een verhaal voor de wedstrijd in de badkamer. Ik schrijf nu eenmaal graag in de badkamer. Toen ik een passage opstuurde naar H. met de opmerking dat HET EEN ACHTERLIJK DOM VERHAAL IS, schreef ze: ‘schrijf een verhaal over je Egyptische koning.’

‘Hij was Assyrisch’, antwoordde ik.

‘Ach’, besloot ze.

Kan iemand me trouwens vertellen waar die komma na een citaat komt? Na of voor de apostrof? Voor mensen die niet weten wat een apostrof is, dit is een apostrof: ‘. Maar als je dat niet weet, dan kun je de vraag sowieso niet beantwoorden. Bij Journalistiek leerde ik ooit dat de komma bij een citaat altijd na de apostrof kwam, maar ik zie vaak beide varianten.

Oja, die rode draad.

De rode draad van mijn scriptie 

Ik maak van mijn scriptie geen hatelijk project meer, maar sluit vriendschap met de opdracht. Met Esarhaddon als hoofdpersoon, klankbord en motivator. Die ga ik informeren over de rechten en plichten van zzp’ers. Parminedes kan vast een plek vinden in het rechtsfilosofische onderdeel van mijn scriptie.

Parminedes & Esarhaddon. Makkers, we gaan het doen.

Onderzoeksopzet

Als je écht zin hebt om mijn opzet* te lezen, dan kun je die downloaden en stort er gerust een lading van keiharde feedback overheen, want het puntje van Esars’ zwaard steekt met herkregen moed overal doorheen.

Alles van waarde is weerloos.

 

*Enkele zaken uit mijn opzet zijn geanonimiseerd. Ik ben er ook nog niet over uit of ik het onderzoek richt op zpp’ers bij onderwijsinstellingen in het algemeen of bij een enkele onderwijsinstelling.  

Meer